Boek over het WK van 1982 dat Italië won. Een Azuurblauwe voetbaltriomf
Door Roberto Pennino
In de jaren zeventig van de vorige eeuw was Italië een gehavende natie. Politieke aanslagen waarbij tientallen doden vielen hadden het land in een staat van chaos gebracht. Maar tijdens het WK Voetbal van 1982 wonnen de Azzurri na een zwaarbevochten 2-1 zege op regerend wereldkampioen Argentinië door drie doelpunten van de verguisde Paolo Rossi, op onvergetelijke wijze van gedoodverfde favoriet Brazilië. Plots was de lucht boven het Italiaanse schiereiland niet meer zwaar en grijs. Auteur Roberto Pennino schreef een reconstructie die vertelt hoe een vriendenteam tegen alle logica in niet alleen de meest prestigieuze voetbaltrofee maar ook de landseer hooghield.
In de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig kent Italië een periode van geweld en sociaal-maatschappelijke onzekerheid. In de ‘Anni di piombo’, de ‘Jaren van het lood’, zoals die periode wordt genoemd, zijn de Rode Brigades actief, een terroristische organisatie met een extreem communistische inslag die door middel van bloedige aanslagen probeert het land te ontwrichten.
Ze zijn niet de enige ‘vijanden van de staat’ die deelname aan het openbare leven tot een risicovolle onderneming maken. Met de ontvoering van Aldo Moro, voormalig premier en meervoudig minister van de christendemocraten, in het voorjaar van 1978 komt de organisatie ook internationaal op de radar. De ontvoering is bedoeld om dertien Brigadisten uit de gevangenis te krijgen, maar premier Giulio Andreotti weigert te onderhandelen. Vijfenvijftig dagen duurt de onzekerheid waarin niet alleen de familie Moro maar ook de rest van Italië dagelijks met angst en beven de berichtgeving over de ontvoering tegemoetziet, voordat het met kogels doorzweefde lichaam van Moro teruggevonden in de kofferbak van een auto in het centrum van Rome. De Italiaanse bevolking is niet alleen geschokt door de brutaliteit van de moord, maar vooral door het gebrek aan daadkracht van de autoriteiten.
WK 1982
Na een moeizame eerste ronde van het WK 1982 waarin het Italiaanse elftal na drie gelijke met de hakken over de sloot doorgaan in het toernooi, wordt de ploeg van bondscoach Enzo Bearzot door de pers in eigen land de grond in geschreven. Wat de Azzurri hebben laten zien is niets minder dan beschamend en het team wordt in de groep des doods met regerend wereldkampioen Argentinië en topfavoriet Brazilië weinig goeds voorspeld. Sterker nog: er wordt gevreesd voor een twee grote blamages. Maar op 29 juni 1982 richt het team van Bearzot zich op door in een waar voetbalgevecht met de Argentijnen een 2-1 overwinning uit het vuur te slepen.
Omdat de Brazilianen enkele dagen later met 3-1 van Argentinië winnen, moeten de Azzurri de titanenstrijd winnen om de halve finale te bereiken. Voor Brazilië volstaat een gelijkspel. Vooraf lijkt het een uitgemaakte zaak wie de onderlinge strijd in zijn voordeel gaat beslissen, de enige vraag is met hoeveel doelpunten verschil de Azzurri klop gaan krijgen. Alleen de Italianen zelf hebben wel degelijk vertrouwen dat ze de voetbalgiganten uit Brazilië kunnen verslaan.
Paolo Rossi
Op 5 juli 1982 is de wereld getuige van een zinderend duel waarbij de temperatuur oploopt tot wel 40 graden op het veld en de spanning niet minder hoog oploopt. David Italië zorgt voor een regelrechte stunt door Goliath Brazilië uit te schakelen. Grote man is Paolo Rossi die op het perfecte moment piekt met drie treffers die het verschil maken: 3-2. En dat terwijl Rossi in de wedstrijden ervoor nog als een schim over het veld liep. Het leek wel of zijn ploeg met tien man speelde, zo onzichtbaar was zijn aanwezigheid.
Op de avond van die vijfde juli is het groot feest. Van de Trevifontein in het hart van Rome tot in de badplaatsen op Sicilië storten Italianen zich in het water, alsof ze de bedruktheid van het afgelopen decennium, waarin dood en verderf zijn gezaaid, van zich af willen spoelen. Waar velen in de jaren van het lood de binnensteden vermeden uit angst voor een bomaanslag, komen na de wedstrijd tegen Brazilië op de pleinen van elke stad duizenden mensen bij elkaar om de immense euforie met elkaar te delen.
Met de weergaloze overwinning op de vooraf superieur geachte Zuid-Amerikanen lijkt Italië de loodzware jaren zeventig van zich af te willen schudden en de naam op ieders lippen is Paolo Rossi, en vooral die van zijn wedergeboren alter ego ‘Pablito’. Opeens is er een gevoel van saamhorigheid die het land sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog niet meer heeft gekend.
Nog meer hoogtepunten
Wat volgt is een week van nog meer hoogtepunten. In de halve finale tegen Polen is het weer Rossi die met twee treffers de volledige productie van Italië voor zijn rekening neemt. Zonder grote inspanningen te hoeven leveren dringt de Italiaanse ploeg door tot de finale. Het altijd sterke West-Duitsland is de tegenstander. Na een moeizame eerste helft waarin verdediger Antonio Cabrini een penalty mist, stellen de Azzurri in het tweede bedrijf orde op zaken in de eindstrijd. Met goals van Rossi, Tardelli en Altobelli worden de Duitsers overlopen en na het laatste fluitsignaal staat een klinkende 3-1 zege op het scorebord. Italië is tegen alle verwachtingen in wereldkampioen!
In het Estadio Bernabeu van Madrid zijn alleen nog maar Italiaanse vlaggen zichtbaar wanneer de Italiaanse spelers hun gang naar de eretribune maken. Voorop loopt Dino Zoff, de veertigjarige aanvoerder die op weg is naar Koning Juan Carlos, de trofee aanneemt en deze trots toont aan de wereld. Wanneer de Azzurri terugkeren op het veld, nemen ze hun coach op de schouders. Hij is niet alleen hun trainer Bearzot maar tegelijkertijd ook hun vader, mentor, grote broer en gids geweest.
Sprookje
Het sprookje is compleet en iedere Italiaan die de beelden ziet, waar ook ter wereld, krijgt een brok in de keel. Deze mannen hebben gestreden, gevochten en tegen de stroom in op de beslissende momenten karakter getoond en alle tegenslagen die op hun weg kwamen overwonnen. In een tijdsbestek van nog geen drie weken is onverschilligheid en zelfs schaamte ten aanzien van de prestaties van het Italiaanse voetbalelftal compleet omgeslagen. Door het voetbal is een natie weer trots op zichzelf. Trots om Italiaan te zijn. De euforie is compleet. De pleinen stromen voller dan ooit, het aantal claxons waarop in rondrijdende auto’s wordt geslagen is ontelbaar. Dit is ongebreidelde vreugde, spontane euforie. Het is een gevoel van bevrijding die voor de meeste Italianen nog lang mag duren.
Azuurblauwe voetbaltriomf
‘Italië 1982 – Azuurblauwe voetbaltriomf’ is een heerlijk boek dat niet alleen voor voetballiefhebbers maar voor iedereen die van Italië houdt. Het geeft inzicht in hoe een land, dat werd geteisterd door aanslagen en geweld in de zomer van 1982, door de prestaties van het nationale elftal weer hoop kreeg. De auteur reisde meermaals af naar De Laars en sprak met tientallen hoofdrolspelers die op het veld en langs de lijn hebben gestaan in die legendarische voetbalzomer.
Auteur Pennino sprak onder andere met Marco Tardelli, keeper Dino Zoff en scheidsrechter Klein.