Pareltjes in de Ligurische havenstad
Door: Jessica Schots
De Noord-Italiaanse stad Savona is misschien niet de eerste vakantiebestemming waar je aan denkt als je de regio Ligurië gaat bezoeken. Genua, de Cinque Terre of het bij veel toeristen bekende Imperia of Sanremo staan vaker op de verlanglijstjes. Toch is de middeleeuwse stad met zijn 60.000 inwoners een bezoek meer dan waard. De vele cruiseschepen die in de havenstad aanmeren doen dat immers niet voor niets.
Jessica Schots is kunsthistorica en schrijft regelmatig over kunst en cultuur in Italië. Haar nieuwe reisgids over Ligurië is nog niet zo lang uit. Voor Il Giornale schijnt ze het licht op de bezienswaardigheden in Savona en omgeving.
In de provincie Savona komen we mooie badplaatsen en stranden tegen en in het binnenland bevinden zich onder andere spannende grotten. De gelijknamige hoofdstad heeft het imago van industriële havenstad, met veel fabrieken en moderne gebouwen. Toch leggen hier vaak cruiseschepen aan. Dit zal niet zonder reden zijn. Ik heb me laten vertellen dat de naam Savona (waarschijnlijk) afstamt van de Ligurische stam van de Sabazi (de Sabaten), die in de toenmalige haven van Savo woonden. Als je Savona met de auto binnenrijdt, ben je in elk geval meteen in een echte havenstad. Zelfs in de winter ligt er een cruiseschip.
Het symbool van de stad
Langs het water staat de Torre Leon Pancaldo, ook wel la Torretta genoemd, een eenzame middeleeuwse toren die wordt beschouwd als een van de symbolen van de stad. Vroeger heette deze de Torre della Quarda en maakte hij deel uit van de stadsmuur die de stad moest beschermen. Hij stond op een strategische positie voor de bescherming van zowel de aangrenzende Porta della Quarda, de stadspoort van de vroegere wijk Quarda, als van de haven. Nadat de Genuezen de muren in 1527 verwoestten, bleef alleen de toren nog staan. Net als het plein waar hij zich verheft, is de toren gewijd aan Leon Pancaldo, een zeeman uit Savona die de Portugese ontdekkingsreiziger Ferdinand Magellaan begeleidde tijdens zijn eerste zeevaart om de wereld.
Door de Via Paleocapa naar de gevallenen
Bij la Torretta begint de centrale Via Paleocapa, een brede straat met ruime zuilengalerijen erlangs waar voetgangers kunnen struinen langs allerhande winkels. De bovenliggende gebouwen getuigen van de weelde en welvaart die we in Liguria vaker zien. Aan het einde van deze weg bevindt zich het Piazza Mameli. Hier staat voor het kolossale gebouw van de Banca d’Italia het Monumento ai Caduti, een oorlogsmonument voor de gevallenen van de Eerste Wereldoorlog.
Door heel Italië kom je dit soort oorlogsmonumenten tegen, maar dit exemplaar heeft iets bijzonders. In het midden hangt een grote klok, die is gefabriceerd door de familie Picasso uit Avegno, met het uurwerk van het bedrijf Trebino uit Recco. Elke dag om 6 uur ’s middags klinken er 21 klokslagen ter herinnering aan de slachtoffers, 21 voor elk van de letters van het Italiaanse alfabet, om zo alle namen te ‘noemen’. Het verkeer staat elke dag op dat tijdstip een minuut stil. Het monument werd in 1927 ingewijd door koning Vittorio Emanuele III, dus je kunt je voorstellen hoelang deze traditie al in ere wordt gehouden.
Torre del Brandale
Naar verluidt hadden de muren van Savona wel vijftig torens. Op het Piazza del Brandale staan er nog drie, waaronder de oude Torre del Brandale. Die is vernoemd naar de stok (de brandale) waaraan het vaandel van de stad hing. De bijnaam van de toren is ‘A Campanassa’. Die verwijst naar de antieke kerkklok in de top die altijd luidt bij bijzondere gebeurtenissen in de stad.
Wat de toren zo bijzonder maakt is de afbeelding van de Madonna. Nu echter niet met een bambino, maar met een man die knielend aan haar voeten tot haar bidt. Door heel Savona komen we afbeeldingen tegen van deze Santa Maria della Misericordia, de beschermheilige van de stad. Ook de kleurige rij wapenschilden van de verschillende families en dynastieën die over de stad hebben geregeerd zijn een opvallend detail. De andere twee torens op het plein zijn de minder bekende Corsi en de Guarnero. Deze twee torens zijn, net als bijna alle middeleeuwse torens in Savona, afgekapt zodat ze het grote fort van Savona het zicht niet ontnemen.
De knusse haven
Behalve de industriële haven, die wordt gesierd door grote kranen en rokende schoorstenen, heeft Savona ook een gezellig haventje waar de fortuinlijke bezoeker zijn jacht kan aanmeren. Hier kun je bij een van de vele restaurantjes en barretjes lekker genieten van een hapje en een drankje. Een aanrader is zeker de Bistrot Pizzeria Costa del Sol (Via Baglietto 2R), waar je heerlijke gevulde focaccia kunt eten. Hiermee leg je meteen een goede bodem voor een bezoek aan een van de grootste forten van Liguria, dat achter het haventje ligt te wachten aan zee.
De slechte stenen van Priamàr
Langs de gehele Ligurische kust komen we forten, kastelen en burchten tegen. Liguria is door de geschiedenis vaak doelwit geweest van aanvallen van verschillende kanten, zoals van piraten of vijandelijke maritieme republieken. In Savona vinden we nog de resten van het Fortezza del Priamàr. Het fort staat op de gelijknamige heuvel, ten zuiden van de darsena vecchia (de oude haven). Pri-a-màr zou volgens een etymologische interpretatie staan voor pietra sul mare (steen aan de zee) of volgens een andere versie, komen van het dialectale pria mä, wat pietra mala (slechte steen) betekent. Hier bevond zich de oude stad Savona, die in 1528 werd ingenomen door de Genuezen onder leiding van Andrea Doria. Vanwege de strategische plek aan het water werd hier in 1542 het grote fort gebouwd.
Bijzonder detail is dat de Genuezen hun kanonnen niet op de zee richtten, maar op de stad. Ondanks het feit dat vanaf de zee nog steeds gevaar loerde, wilden ze liever aan de stad Savona hun macht vertonen. Het fort is ook bekend omdat het een tijdje de militaire gevangenis is geweest waar Giuseppe Mazzini tijdens het Risorgimento (zie pagina 13) heeft gevangengezeten. Je kunt zijn cel bezichtigen. In het kasteel zit een groot museumcomplex, dat niet altijd open is, maar je kunt het kasteel ook zonder museumbezoek betreden.
Voor meer informatie zie: www.museoarcheosavona.it. Helaas zijn veel websites van toeristische attracties in Italië nog steeds alleen in het Italiaans te lezen maar Google helpt geregeld.
De dom van Savona
Op de oude Priamàr stond ook een dom. Na de verovering van de Genuezen werd deze in 1543 ontwijd, leeggehaald en afgebroken. Met een pauselijke bul, afgegeven door paus Paulus IV op 22 juni 1556, werd de dom overgeplaatst naar de kerk van de Franciscanen, de chiesa di San Francesco. De broeders waren niet blij met de vestiging van de bisschoppen en er ontstond een discussie, die werd beëindigd door een pauselijke bul uit 1587 van paus Sixtus V die de verdeling van het complex tussen de broeders en de bisschop bekrachtigde. Uiteindelijk werd daarop besloten een nieuwe dom te bouwen en in 1589 begonnen de werkzaamheden. Bisschop Pier Francesco Costa wijdde de kerk vervolgens in 1605 in als de Santa Maria Assunta. Hoogtepunten van de huidige kerk zijn het koor achter het altaar, de kapel van de Nostra Signora della Misericorida, de kloostergang en de Sixtijnse kapel.
De Sixtijnse kapel van Savona
Weinigen weten dat er ook in Savona een Sixtijnse kapel bestaat. Misschien omdat deze kapel niet in Rome staat, niet bij de Sint-Pieter hoort en niet door Michelangelo is beschilderd. Toch doet hij qua schoonheid niet onder voor zijn Romeinse grote broer. En we hoeven er gelukkig niet urenlang voor in de rij te staan, alleen is de kapel wel maar beperkt open. Foto’s maken is helaas verboden, dus je kunt de pracht niet vastleggen.
De opdracht voor de bouw werd in 1481 gegeven door paus Sixtus IV, vandaar de naam Sixtijnse kapel. Twee beeldhouwers uit Lombardije, Giovanni en Michele d’Aria bouwden een grafmonument voor de ouders van de paus. Op het reliëf boven de sarcofaag wordt de Sacra Conversazione verbeeld: de paus stelt zijn geknielde ouders voor aan de Madonna met haar kind, met naast hen Sant’Antonio di Padova en San Francesco, de beschermheren van de familie Della Rovere. Het neefje van Sixtus IV, Giuliano Della Rovere, die in 1503 werd gekozen tot paus (Julius II), gaf de schilder Giovanni Mazone de opdracht de kapel te voorzien van fresco’s en het onderhoud ervan werd toevertrouwd aan de Franciscanen.
In de jaren zestig van de achttiende eeuw besloot Francesco Maria Della Rovere het grafmonument te restaureren volgens de stijl van die periode. Het grafvertrek werd omgebouwd tot ‘moderne’ familiekapel: de rechthoekige ruimte werd eivormig, er werden ramen aangebracht, de graftombe werd verplaatst en achter de voorgevel werd een orgel geplaatst. Het geheel werd voorzien van kleurrijke fresco’s en 3D-versieringen. Bij het restauratiewerk dat plaatsvond in de laatste helft van de twintigste eeuw kwam er een aantal originele fresco’s van Mazone tevoorschijn. Tegenwoordig worden hier muziekconcerten gegeven vanwege de geweldige akoestiek.
De familie Della Rovere
Zoals in de meeste grote steden in Italië had ook Savona een belangrijke adellijke familie: de familie Della Rovere. Uit deze familie is een aantal pausen voortgekomen. Het meest eminente familielid is toch wel Francesco della Rovere, geboren op 21 juni 1414 in Pecorile, het huidige Celle Ligure, in de provincie Savona. Hij behoorde tot de orde van de Franciscanen en werd in 1471 gekozen tot paus Sixtus IV. Dankzij de privileges die daarmee gepaard gingen, bekleedden de familieleden belangrijke kerkelijke en burgerlijke functies.
Een andere grote paus uit deze familie was Julius II (in het Italiaans: Giulio II). In 1508 kreeg de familie Della Rovere het hertogdom van Urbino en in 1513 de stad Pesaro. In 1625 kwam er een eind aan de macht van de familie: Francesco Maria II deed, onder druk van paus Urbano VIII, afstand van het hertogdom en omdat een van de laatste nakomelingen, Vittoria della Rovere, met Ferdinando II de’ Medici trouwde, werd het familiebezit opgenomen in dat van de familie De’ Medici (een belangrijke adellijke familie uit Florence). Het literaire erfgoed kwam terecht in de Vaticaanse Bibliotheek.
Nippen aan een Chinotto
Uit Savona komt een typisch Italiaans frisdrankje, genaamd Chinotto. Het wordt gemaakt van een extract van de sinaasappelachtige vrucht Citrus myrtifolia, die in dit gebied de ideale plek heeft gevonden om te groeien. Het donkere drankje lijkt een beetje op cola. Het smaakt een beetje bitter, maar heeft een frisse nasmaak. Het is zo’n typisch drankje waar je wel of niet van houdt. De vrucht zelf (in het Italiaans chinotto, in het Nederlands pomerans) lijkt op een mandarijn, maar wordt niet zomaar gegeten. Sommigen zeggen zelfs dat de vrucht giftig is. Wel wordt hij verwerkt in allerlei andere producten als jam, bitterkoekjes en likeur (zoals onze oranjebitter).
Het mooiste strand van Liguria
Als je in Liguria over een auto beschikt, is een ritje over de Via Aurelia een absolute aanrader. De huidige weg, die bij de nummering van de provinciale wegen (le strade statali) nummer 1 heeft gekregen en dus de SS1 wordt genoemd, verbindt Rome met Frankrijk en glijdt daarbij langs de kust van de Tyrreense en de Ligurische Zee. Vooral het deel in de provincie Savona voert heel dicht langs het water en biedt uitzicht op schitterende plekjes als Noli, Finale Ligure, Varigotti, Pietra Ligure en nog veel meer. Je hoeft je niet te vervelen.
Aan deze Via Aurelia ligt een van de mooiste stranden van de Ligurische kust. Bij Varigotti, een frazione (een deel van de gemeente) van Finale Ligure, bevindt zich het brede zandstrand van de Baia dei Saraceni. Het water is er glashelder en het strand is een zogenoemd spiaggia libera, vrij strand. Je hoeft dus geen toegang te betalen en het is er niet volgepakt met rijen bedjes en parasols. Wil je meer mooie stranden vinden in Italië? Kijk dan op: www.trovaspiagge.it
De darm van Alassio
Alassio, één van de mooie badplaatsen langs de Ligurische Zee, heeft leuke verhalen te vertellen. De opzet van het stadje is typisch Ligurisch: gekleurde gebouwen met prachtige schilderingen aan de buitenkant en smalle straatjes vol winkeltjes en eetgelegenheden. Het klassieke recept. De hoofdstraat, de Via XX settembre, wordt hier il budello (de darm) genoemd. Het is een lange, smalle straat die parallel aan de kust de hele stad doorkruist. Je moet hier geen haast hebben, want het is er vaak een drukte van jewelste. Haast hebben in Italië is sowieso geen goed idee. Al heb je in Alassio niet veel tijd om van de zon te genieten, want die gaat onder achter een berg en is dus eerder weg dan in andere badplaatsen.
Wall of fame
In de Corso Dante Alighieri, parallel aan de budello, vinden we het meest kenmerkende en bekende monument – zowel op toeristisch als op artistiek vlak – van Alassio: il muretto di Alassio. Het idee kwam van Mario Berrino, een creatieve geest die er een koffiebar runde. Tot aan het eind van de Tweede Wereldoorlog was het muurtje niet meer dan een simpele omheining van een stadpark. Tijdens de economische boom in de jaren vijftig en zestig, waar vooral de Ligurische badplaatsen veel profijt van hadden, begon Berrino het muurtje te versieren met onregelmatige tegels vol levendige kleuren waarop de handtekeningen stonden van de illustere klanten van zijn Caffè Roma.
De eerste tegel werd in 1951 geplaatst en droeg de handtekening van de Amerikaanse schrijver Ernest Hemingway. Die verbleef op dat moment in Alassio. Daarna volgden er steeds meer. Aan het muurtje is ook lang een beroemde een schoonheidswedstrijd verbonden. Vanaf 1953 werd elk jaar het mooiste meisje van de zomer gekozen: Miss Muretto. In 2013 vond de organisatie het welletjes na veel controverse over wedstrijd. Vorig jaar augustus was Alassio wél gastheer van de verkiezing mooiste man van Italië.
Kusjes uit Alassio
Alassio staat ook bekend om zijn heerlijke kusjes. Niet omdat de alassini zo goed kunnen kussen, maar omdat de lekkerste lokale zoetigheid zo heet. De baci di Alassio bestaan uit twee zachte chocoladekoekjes met daartussen een laagje chocolademousse. Je kunt ze in heel Alassio krijgen, maar de originele baci haal je in de Balzolastore.
Pasquale Balzola was een meesterbanketbakker en stamvader van de familie Balzola. Hij speelde heel slim in op het toerisme dat zich aan het begin van de negentiende eeuw als een razende ontwikkelde. Balzola wilde de rijke Italianen uit Piëmont en Lombardije en de vele Engelse en Duitse toeristen iets zoets verkopen dat ze als een souvenir konden meenemen voor vrienden en familie. Met de weinige ingrediënten die de karige Ligurische natuur te bieden had, maakte hij een simpele, maar overheerlijke dolcetto. Het recept gaf hij door aan zijn zoon Rinaldo. Die werd van 1932 tot 1938 de persoonlijke banketbakker van koning Vittorio Emanuele III. Zo bleef de traditie in stand.
Voor meer informatie zie:www.bacidialassio.com
Op avontuur door de grotten van Toirano
Dat Italië ook fantastisch mooie grotten heeft is misschien niet bij iedereen bekend. Hoog in de Val Varatella is door het oplossen van de kalksteenbodem door smelt-, rivier- en regenwater, een gebied vol spleten, holen en grotten ontstaan. Hier vinden we Toirano, een dorpje met ongeveer 2.000 inwoners dat jaarlijks meer dan 150.000 toeristen trekt vanwege het nabijgelegen grottencomplex. Ook wie geen natuurliefhebber is, zou hier een kijkje moeten gaan nemen.
De meer dan vijftig natuurlijke spelonken zijn in 1950 ontdekt en het complex werd in 1953 opengesteld voor publiek. We vinden er onder andere de Grotta della Bàsura, ook wel de Grotta della Strega (de grot van de heks) genoemd, de Grotta di Santa Lucia Inferiore en die van Santa Lucia Superiore, die alleen geopend is op de naamdag van de heilige (13 december) en de Grotta del Colombo, die helaas niet zomaar open is voor publiek, aangezien de archeologische vondsten van onschatbare waarde zijn. Voor meer informatie zie: www.toiranogrotte.it
Spookstadjes in Ligurië
Het prachtige strand van Alassio ligt er hier vredig bij maar op 23 februari 1887, een aswoensdag, was dat wel anders. De zee trok zich tot drie keer toe terug en wat volgde was een vloedgolf die de huizen overspoelde. De golf werd veroorzaakt door een grote aardbeving die de hele Golf van Genua trof. Verschillende dorpen werden volledig vernield zoals Diano en Oneglia.
In Savona scheurden schoorstenen van fabrieken en draaide het kruis op de kathedraal om zijn as. Bewoners uit sommige kapotte dorpen trokken weg of bouwden vlakbij een nieuw dorp. Zo ontstonden spookstadjes als Balestrino Vecchia (bij Alassio) en Bussana Vecchia dat verderop bij Sanremo ligt. Bussana Vecchia is inmiddels een toeristische attractie en dat ziet men voor Balestrino Vecchia ook wel zitten. Er zijn wat restauratiewerkzaamheden gestart maar die kunnen nog wel even duren. Het spookstadje dat al eens diende als filmdecor, kan je vooralsnog alleen van een afstandje bewonderen. Het is afgesloten voor ‘ramptoeristen’ maar vanaf restaurant Cecchin heb je een mooi uitzicht. Boven op het dorp domineert het Castello dei Marchesi del Carretto de omgeving.
Reisgids Ligurië
Jessica Schots is kunsthistorica en schrijft regelmatig over kunst en cultuur in Italië. Ze woont in Italië waar ze rondleidingen geeft en doceert over kunst en cultuur. Haar PassePartout reisgids Liguria is momenteel (oktober ’24) bij nog maar enkele websites verkrijgbaar. In 2025 verschijnt een nieuwe druk. Uitgeverij Edicola. 160 pagina’s, € 24,50. ISBN: 9789493259911
Meer over Savona en omgeving in onze gedrukte krant van december 2024
Eind september 2024 bezocht onze redactie de mooie plaatsjes rond de Golfo del Isola zoals Noli en Spotorno. In onze gedrukte krant van december 2024 lees het verslag. Neem een abonnement om deze editie thuis te ontvangen.
Grazie dat jullie over de Liguria spreken. Heb er in de jaren 60 en begin 70 gewerkt. In Finale. Ceriale, Alassio en in de winter Engelse les gegeven in Savona aan de Berlitzschool. Er is wel veel veranderd in de laatste jaren en vind het niet meer zo gezellig. Vrienden van mij woonden in Borgio Verezzi en ging elk jaar terug…Ho sempre nostalgia…Federica